Leuven 2030 lanceerde een jaar geleden samen met stad Leuven het Leuvens Klimaatcontract, waarin tientallen engagementnemers samenwerken aan concrete doorbraakprojecten om Leuven versneld klimaatneutraal te maken. Op 5 november ‘24, één jaar volgend op de indiening bij Europa, kwam een deel van hen opnieuw samen om de balans op te maken: wat hebben we al bereikt, wat kunnen we leren en waar liggen nieuwe kansen? Een van de hoogtepunten van de dag was de ondertekening van een intentieverklaring door 10 partners om Leuven verder uit te bouwen als Urban Resource Center.
De ondertekenaars – Atelier Circuler vzw, Wonen en Werken vzw, KU Leuven, Stad Leuven, Maakbaar Leuven, MAAKbar, werecircle, Ecowerf, ViTeS en Leuven 2030 – geven hiermee een krachtig signaal: circulaire economie in Leuven wordt een collectieve ambitie.
Wat is een Urban Resource Center?
Leuven als Urban Resource Center betekent dat we de stad willen inrichten op zo’n manier dat materialen minder lineair (grondstof, product, afval) maar meer circulair gebruikt worden.
Denk aan hergebruik, reparatie en innovatieve manieren om reststromen te beperken. Leuven heeft met initiatieven zoals de Materialenbank al stappen gezet, en de ambitie reikt verder. Door materialen zoals plastic, hout, textiel, elektronica en medisch materiaal opnieuw op te waarderen, kan het Urban Resource Center niet alleen de afvalberg verkleinen, maar ook bijdragen aan CO₂-reductie en sociale tewerkstelling.
"Circulaire projecten zijn niet alleen goed voor het klimaat bieden ook kansen op sociale rechtvaardigheid. We willen jobs creëren die toegankelijk zijn voor iedereen, ongeacht opleiding of achtergrond"
Leuven heeft binnen de Europese missie '100 Klimaatneutrale en Slimme Steden' gekozen voor een ambitieuzere aanpak dan strikt noodzakelijk. Waar Europa zich vooral richt op directe emissies (scope 1 en 2) uit bijvoorbeeld energie en mobiliteit, zet Leuven ook sterk in op indirecte emissies (scope 3), zoals die uit de productie en consumptie van materialen. Hoewel die vaak niet in Leuven zelf geproduceerd worden, willen we de uitdaging om klimaatneutraal oprecht aangaan. Daar hoort onze consumptie ook bij. Bovendien beschermt een circulaire economie waarin we onze materialen herwinnen onze stad ook tegen stijgende grondstofprijzen.
Dit doorbraakproject maakt die doelstelling concreet. Door de samenwerking tussen publieke en private actoren wordt niet alleen gewerkt aan milieu-impact, maar ook aan een structurele verandering in hoe we omgaan met grondstoffen.
Volgens een onderbouwde schatting kan dit project op termijn:
- 10.000 ton materiaal jaarlijks hergebruiken en herstellen;
- 5.000 ton CO₂-uitstoot jaarlijks vermijden;
- tientallen sociale jobs creëren.
"Circulaire projecten zijn niet alleen goed voor het klimaat," legt Patrick Wouters van Wonen en Werken vzw uit, "maar bieden ook kansen op sociale rechtvaardigheid. We willen jobs creëren die toegankelijk zijn voor iedereen, ongeacht opleiding of achtergrond."
Welke vorm deze herorganisatie zal aannemen, welke legale structuur, hoe we gedeelde communicatieve, administratieve, logistieke en andere uitdagingen samen het hoofd kunnen bieden, … komen op dit moment aan bod in de gesprekken.
Samenwerking staat centraal
Tijdens de bijeenkomst op 5 november werd duidelijk hoe uniek deze samenwerking is. Tien partners, elk met hun eigen expertise, brengen hun kennis en ervaring samen om van Leuven een voorbeeldstad te maken op het vlak van circulariteit:
- Stad Leuven: speelt een centrale rol als klant, regelgever, communicator en financier. Met het nieuwe stadsbestuur op komst wordt de circulaire economie hopelijk opnieuw een speerpunt in het beleid.
- KU Leuven: krijgt dankzij Europese middelen via het Driving Urban Transitions (DUT)-programma de komende drie jaar extra capaciteit om data te verzamelen en het project mee te sturen.
- EcoWerf en ViTeS: richten zich op afvalbeheer en sociale tewerkstelling, essentiële bouwstenen van een circulaire aanpak.
- MAAKbar en Maakbaar Leuven: pionieren al jaren met herstel en hergebruik.
- Wonen en Werken vzw, Atelier Circuler vzw en werecircle: brengen praktische en bedrijfseconomische expertise rond circulaire projecten in.
"Dit project laat zien dat wanneer burgers, bedrijven, kennisinstellingen en de stad de handen in elkaar slaan, we echt een verschil kunnen maken"
Leuven 2030 brengt als agendasetter en stuwende kracht de partners samen, en verkreeg bij Europa extra subsidies om ook expert regeneratieve economie, Bruno Delepierre van Happonomy, de krijtlijnen te laten uittekenen van een innovatief samenwerkingsmodel.
Deze samenwerking toont aan hoe breed het draagvlak al is voor circulariteit in Leuven. Maar het is niet het eindpunt. Want hoe langer het project loopt, hoe meer partners we hopen mee te krijgen in dit verhaal.
Symbolische start met een recup-balk
In plaats van een eerste steen te leggen, werd er gekozen voor een ander symbool: een recup-balk, gemaakt door de Materialenbank van een eiken kastdeur. "Dit symbool benadrukt waar het om draait," zegt Nick Meynen van Leuven 2030, mede-organisator. "De intentieverklaring is meer dan een symbolische stap. Het doel is om het momentum dat we binnen het doorbraakproject tot nu toe al creëerden te behouden, en deze samenwerking te verzilveren in concrete resultaten. De hoop is dat de aanpak van Leuven niet alleen lokaal impact heeft, maar ook andere steden in België en Europa zal inspireren.”
Daarnaast biedt de samenwerking met grote financiële instellingen – mede mogelijk gemaakt door de circulaire strategie van de stad – nieuwe kansen. Dit opent de deur naar grotere investeringen in infrastructuur en projecten die de circulaire economie in Leuven nog sterker kunnen verankeren.
"Leuven heeft altijd vooruitgang geboekt door samen te werken," zegt Lieve Van Espen van stad Leuven, "Dit project laat zien dat wanneer burgers, bedrijven, kennisinstellingen en de stad de handen in elkaar slaan, we echt een verschil kunnen maken."
De recup-balk mag dan een klein symbool zijn, het is wel een krachtig statement: samen bouwen we aan een circulaire toekomst.